De eenzame man snapte er even niets meer van.

Op een doordeweekse dag komt een man van leeftijd aan op een karperput om een poging te wagen. Voor hem was het de eerste keer dat hij op dit water een hengeltje zou uitgooien. Heel wat attributen werd uit de auto gehaald en de oude man was meer dan een uur onderweg totdat hij alles had opgebouwd.

Even later was alles ook klaar om met de voerboot het haakaas weg te brengen naar de plek waarvoor de man had gekozen. Het schip had een flinke lading bij zich en kwam het voorste gedeelte van de boot zowat in zijn geheel uit het water. Nadat hij de beide hengels had voorzien met het nodige nam hij plaats op een pracht van een karperstoel, want je moet natuurlijk goed uitgerust aan de waterkant kunnen zitten.

Het weer is prima en is het ronde de 20 graden, even later komt een jonge op

een fiets even een praatje maken met de man, en vraagt “al iets gevangen meneer?” waarop de man antwoord geeft “nee nog niets”. Daarna vraagt de jonge waar de oude man zijn haakaas had gedeponeerd, en hij de juiste plek aanwees. Nou meneer verteld de jonge hier maakt u weinig kans, want er liggen daar wel kilo's aan boilies, en is het laatste half jaar daar nog nooit geen karper meer gevangen.

De oude man denk bij zichzelf, man waar bemoei jij je toch mee, en hoopt dat hij maar gauw vertrekt, en dit even later ook gebeurt. De eenzame man twijfelt min of meer toch over het verhaal van de jonge man, maar onderneemt verder niets. De tijd verstrijkt en is de oude man inmiddels al vijf uur onderweg zonder taal of teken.

Het is tegen de klok van drieën en komt er een jongen van een jaar of vijftien aan fietsen en vraagt, “al iets gevangen?” nee niet veel waard krijgt de jongen als antwoord, waarop de jonge op zijn beurt laat weten dat het water niet al te moeilijk is, maar je wel op de juiste plek moet zitten. 

Daarna fiets de jonge even een eindje door met zijn tasje en landingsnet plus zijn penhengel. Een kwartier later laat de jonge voor het eerst het haakaas rustig het water in zakken en gaat in het gras zitten, en met nog geen tien minuten staat hij al met een kromme hengel en vangt een mooie schub, en ving hij daarna er nog twee bij.

De oude man begrijpt er totaal niets van, en draait alles binnen en stapt naar de jonge toe met de vraag. 'Ik zit maar en zit maar en heb nog geen beet gezien” waarop de jonge hem vraagt, bent u hier voor het eerst?, en de oude man hem als antwoord geeft, ja ja. Had ik al wel gedacht, want voordat u hier gaat vissen moet u zeker het water observeren meneer, zo u zit te vissen, behoort in dit water min of meer tot het verleden, boilies, voerboten, lijnen door het water , dat kennen ze allemaal al wel. Dus word het tijd voor iets nieuws. De oude man slaat de jongen op de schouder, en zegt bedankt voor de tip, het word tijd voor een nieuwe aanpak.